Advies 280: Nationale aanbesteding. Motiveringsplicht geschonden - opschortende termijn is niet gaan lopen.

Nationale aanbesteding van ontwerp en plaatsing van geluidsschermen.

De Commissie is van oordeel dat een aanbestedende dienst ook in het geval van een nationale openbare procedure en een meervoudig onderhandse procedure verplicht is alle relevante redenen voor de gunning in de mededeling van de gunningsbeslissing op te nemen en die redenen niet op een later tijdstip alsnog kan aanvullen.

De Commissie is van oordeel dat beklaagde bij de beoordeling van het Plan van Aanpak van klager mede mocht meewegen of en in hoeverre klager de constructieve veiligheid van het bestaande viaduct in beschouwing had genomen. Niet gebleken is dat beklaagde daardoor - in tegenstelling tot wat klager stelt - aspecten heeft meegewogen die niet vooraf bekend gemaakt zijn.

Beklaagde heeft niet alle relevante redenen voor de gunningsbeslissing meegedeeld. Onder meer ontbreken in de mededeling van de gunningsbeslissing de scores van de winnende inschrijving alsmede de kenmerken en relatieve voordelen van die inschrijving. De klacht over een motiveringsgebrek is gegrond.

De Commissie is van oordeel dat - nu beklaagde heeft nagelaten de relevante redenen voor haar gunningsbeslissing mee te delen - er zodanige motiveringsgebreken aan de mededeling van die gunningsbeslissing kleven dat die mededeling een isnchrijver volstrekt geen houvast biedt om te kunnen beoordelen of het zinvol is om een juridische procedure aanhangig te maken. In lijn met haar Advies 138 oordeelt de Commissie dat - ook in het kader van een nationale aanbesteding - de consequentie daarvan is dat de opschortende termijn niet is ingegaan.